Hoofdstuk 3: Werkzaamheden

Als je gasten goed wilt helpen, dan is het nodig dat je weet waar je het over hebt. Een gast vindt het prettig als jij advies kunt geven over de keuze van een drank in combinatie met het eten.

Naast het omgaan met gasten en het samenwerken met collega’s zijn er nog meer belangrijke werkzaamheden.

In de horeca voer je ook schoon- en onderhoudswerkzaamheden uit, zoals tafels en stoelen reinigen, toiletten schoonmaken, stofzuigen of een buffet schoonmaken. Dit geldt vooral in de kleinere horecabedrijven. Grotere horecabedrijven hebben hier vaak schoonmaakpersoneel voor.

Voordat gasten iets bestellen, heb jij vaak al voor openingstijd het een en ander gedaan om een kopje koffie te kunnen zetten voor de gast. Je hebt de koffiemachine aangezet, er staan schone kopjes warm te worden op de machine en je hebt gezorgd voor voldoende melk in de koelkast om cappuccino te kunnen maken.

Het is belangrijk om een bestelling goed op te nemen, dus neem daar de tijd voor. Er zijn verschillende manieren om een bestelling op te nemen. Welke manier dit ook is, het is verstandig om een bestelling te herhalen.

Als je een bestelling bereidt, dan doe je dat niet op volgorde van bestellen. Bij een bestelling met drankjes besluit de barman op basis van houdbaarheid en temperatuur welke drankjes hij als eerste uitschenkt.

Na het klaarmaken van de bestelling plaats je de bestelling op een dienblad. Daarmee transporteer je de bestelling naar je gasten. In de horeca staat het niet professioneel als je de drankjes los uit de hand naar de gast toe brengt. Borden transporteer je juist zonder dienblad.

Je moet weten waar jouw gasten behoefte aan hebben. De een wil veel aandacht, de ander minder. Bij elk tafeltje, iedere gast en elk moment is dat anders. Voor jou als horecamedewerker is het de kunst om daar snel en gepast op in te spelen.

Elk bedrijf kent zijn eigen regels als het om afrekenen gaat. Sommige gasten hebben een bon nodig, omdat ze daarmee bijvoorbeeld de consumpties kunnen declareren. Dat zeggen ze niet altijd meteen. Je kunt je gasten tijdens het afrekenen daarom vragen of zij een bon willen. Ook kun je ervoor kiezen om altijd een bon te geven.